Voetbal, een hele leuke en bekende sport. Zeker in Nederland is het volkssport nummer één. Er zijn natuurlijk veel competities en Nederland is ook een vrij goed voetballand. Veel bekende Nederlandse spelers zijn vertrokken naar Engeland, Spanje en Duitsland om in de beste teams te mogen voetballen. En we zijn op het WK in 2014 derde geworden en tijdens het WK van 2010 stonden we zelfs in de finale tegen Spanje. Die wedstrijd hebben we helaas verloren.

Training

Voetballers trainen over het algemeen meerdere malen per week. Zeker de betaalde voetballers. Maar bij de normale clubs waar gewoon gevoetbald wordt op laag niveau is het gebruikelijk dat er tweemaal per week wordt getrained. Voetbaltraining bestaat doorgaans uit een warming up. Dit is om de spieren los te maken en warm te krijgen voordat ze maximaal zullen worden belast. Een goede warming up is de basis om blessures zoveel mogelijk te voorkomen. Na de warming up worden er verschillende technische oefeningen worden gedaan. Hiermee wordt het balgevoel en techniek vergroot. En uiteraard wordt er ook een partijtje gevoetbald. Je moet natuurlijk voorbereid zijn voor de wedstrijd. Ondanks de vele training komen blessures toch nog voor. Je kunt ze niet helemaal uitsluiten. Het is belangrijk om te zorgen dat er mensen met een EHBO diploma zijn. De meeste blessures zijn gelukkig niet ernstig en zijn redelijk snel opgelost. Vaak gaat het om kramp, kneuzingen na een valpartij, hoofdpijn wegens botsing met elkaar of de bal of schaafwonden. Gelukkig natuurlijk, want niemand zit op een ernstige blessure te wachten.

Ernstige gevallen

Er komen helaas wel ernstige gevallen voor. Kortgeleden zelfs nog. Deze gevallen waren wel in het buitenland maar hadden wel als gevolg dat er personen overleden. Twee jonge voetballers uit België kregen op het veld hartproblemen en zijn hieraan overleden. En in Argentinië is een jongen van 21 overleden. Hij klapte met zijn hoofd tegen een betonnen ‘veiligheidsmuurtje’ en heeft dit niet overleefd. Dit illustreert dat er een gekwalificeerde EHBO’er aanwezig moet zijn. Ook tijdens trainingen. In principe zou iedereen EHBO’er kunnen worden. Ook de trainer of leider. Deze gaan ook altijd mee naar wedstrijden. En als aanvulling zouden clubs eigenlijk een AED moeten aanschaffen. Zodat bij hartfalen het apparaat ingezet kan worden indien nodig. Hiermee kunnen in potentie levens gered worden.

Al met al

Gelukkig zijn er niet zoveel van deze ernstige gevallen. Al is elk geval er één te veel. Als iedereen goed traint en goed op zichzelf let is er al een hoop gewonnen natuurlijk. Maar een EHBO’er, die moet er eigenlijk wel komen.